Week van de Lentekriebels: ‘Puberboek’ geeft kinderen masturbatieles en 9 andere gruwelen

‘Het puberboek’ staat op de boekenlijst staat van Rutgers voor de Week van de Lentekriebels. Masturbatieles, genderindoctrinatie, zeer expliciete instructies over homoseksuele handelingen… het is slechts een greep uit de perverse inhoud van dit boek.

Week van de Lentekriebels: ‘Puberboek’ geeft kinderen masturbatieles en 9 andere gruwelen

Zelfbevrediging, diepgaande instructies over homoseksuele handelingen, “online experimenteren met seks[ualiteit]”, en nog veel meer immorele onderwerpen passeren de revue in Het puberboek. Voor de Week van de Lentekriebels heeft Rutgers dit boek op de leeslijst gezet van groep 7 en 8. Gezin in Gevaar heeft het boek doorgenomen en de 10 meest schokkende bevindingen voor u op een rijtje gezet:

1. Rutgers prijst zelfbevrediging aan

Net als het boek Zin in Jezelf, waarin jonge kinderen worden aangezet tot (groeps)zelfbevrediging, doet dit boek er zelfs een schepje bovenop. Ze prijzen het aan door de ‘voordelen’ van de eenzame zonde te benoemen: “Het voordeel van masturberen is dat je je eigen lichaam goed leert kennen… Meisjes die masturberen weten volgens het boek beter hoe hun eigen [gecensureerd] voelt dan meisjes die niet doen (p. 98). Daarnaast, om de laatste kleine twijfelaars over de streep te trekken, wordt op diezelfde pagina een hele paragraaf gewijd aan het beschrijven hoe het voltooien van de zondige daad voelt. Ook lezen ze twee verhaaltjes van kinderen die plastisch omschrijven hoe ze de eenzame zonde bij zichzelf ontdekt hebben (p. 99).

2. 10-jarigen krijgen masturbatieles

Een van de meest schokkende bevindingen tijdens de Week van de Lentekriebels vorig jaar was dat Rutgers zelfbevrediging bij basisschoolkinderen niet alleen goedpraat, maar zelfs gedetailleerde instructies geeft. Zodra wij hierover publiceerden, haalden ze het boek Zin in jezelf van de boekenlijst. Programma’s als Pointer pretendeerde zelfs dat wij ‘nepnieuws’ verspreidden. Je zou denken dat Rutgers wel twee keer zou nadenken voordat ze weer zo’n boek op de lijst zouden zetten… Maar toch, ook in Het puberboek krijgen kinderen op pagina 97 uitgebreid instructies hoe ze aan de eenzame zonde kunnen beginnen. De bewoording is echter zó expliciet dat het zondig zou zijn om het hier aan te halen. De auteurs verzekeren hen dat zelfbevrediging “absoluut normaal” is, “hoe vaak je het ook doet.” (p. 97).

Lees ook: Week van de Lentekriebels: Rutgers normaliseert homoseksualiteit voor kleuters

3. Sexting is “net zo opwindend … als offline seks[ualiteit]”

Sexting – “online experimenteren met seks[ualiteit]”, zoals Het puberboek het noemt – komt ook uitgebreid aan bod. Het is vandaag de dag helaas een uiterst relevant thema, aangezien de meeste kinderlokkers niet meer in geblindeerde busjes rijden, maar op sociale media zitten. Wie hoopt dat dit boek kinderen waarschuwt om hier mijlenver bij uit de buurt te blijven, komt bedrogen uit. Sexting wordt juist voorgesteld als iets heel spannends, als onderdeel van de tegenwoordige seksuele ontwikkeling van kinderen: “Voor sommigen kan online seks[ualiteit] net zo opwindend zijn als offline seks[ualiteit].” (pp. 74-75) Het boek waarschuwt wel voor de onvermijdelijke chantage die hieruit kan voortkomen. Ze roepen de kinderen daarom op om dat ‘voorzichtig’ te doen: “stuur nóóit een sexy foto of video naar iemand die je niet (goed) kent.” Dit impliceert dat het dus wel oké is als je iemand dus wél goed zou kennen (pp. 74-75). Rutgers is kennelijk van mening dat tienjarigen deze risico’s zelf kunnen inschatten.

4. Transgenders even ‘normaal’ als “cisman” en “cisvrouw”

De rode draad die door het boek loopt is dat genderdysforie geen ziekte of afwijking is, maar een gelijkwaardige ‘genderidentiteit’. Het komt dan wel minder voor, maar het is volgens de auteurs even ‘normaal’ als linkshandigheid. Een van de manieren hoe ze dat bij jonge kinderen inprenten is door normale jongens en meisjes die zich identificeren met hun eigen geslacht als “cisman” en “cisvrouw”, te bestempelen. Het Latijnse voorvoegsel “cis” betekent overigens iets als ‘aan deze kant’. Net zoals de term “heteroseksualiteit” te gebruiken voor normale seksuele omgang tussen man en vrouw, ondermijnt ‘cis’ de geschapen norm van man- en vrouw-zijn (p. 12). Met andere woorden, transgender-zijn is een gelijkwaardig alternatief op een normale man of vrouw zijn. Dit ondermijnt niet alleen de norm die God stelt, het verlaagt ook nog eens de drempel voor kinderen om zich als transgender te gaan identificeren.

5. Niet God, maar jijzélf bepaalt wie je bent

Gelooft u dat God mannen en vrouwen als zodanig geschapen heeft, en dat mensen niet van geslacht kunnen ‘veranderen’, of ‘in het verkeerde lichaam zijn geboren’, hoe hard ze dat ook roepen? Dan bent u volgens de auteurs het probleem. Zoals gezegd, het boek stelt expliciet dat ‘transgender-zijn’ net zo gewoon is als het normale, door God bedoelde man- of vrouw-zijn: “Anderen die dat raar vinden, die hebben een probleem, niet jij”, zo stel Het puberboek een ‘genderverwarde’ tienjarige ‘gerust’ (p. 13). Niet God, niet je ouders, maar alleen jij bepaalt wat voor geslacht je ‘werkelijk bent’ en met wie je de huwelijksdaad wilt bedrijven: “Jij bent de enige die dat allemaal kan en mag bepalen voor jezelf.” (p. 14) Is pedofilie, overspel of incest dan ook geoorloofd bij wederzijds instemmen? Is dit werkelijk de norm die we onze kinderen willen leren?

Teken tegen de Week van de Lentekriebels

6. ‘Homoseksualiteit is normaal… kijk, zó moet het!’

Volgens het boek is het niet goed voor kinderen om te denken “dat het zo hoort” om normale (seksuele) aantrekkingskracht te ervaren voor mensen van het andere geslacht. Ook homoseksuele “verliefde gevoelens zijn juist iets om van te genieten”, volgens de auteurs (p. 106). Ze gaan expliciet in tegen het tweeduizend jaar oude getuigenis van de Heilige Schrift en de Kerk: “Homo- of biseksualiteit is niet abnormaal, zondig of tegennatuurlijk. Het is ook geen foutje” (p. 108). Omdat homoseksualiteit volgens het boek ‘normaal’ is, worden ook die perverse seksuele handelingen in saillant detail besproken. Zo kunnen jongens “verschillende dingen uitproberen met elkaar”, waaronder sodomie, en zaken die wederom te pervers zijn om te beschrijven. Ook komen de zondige ‘mogelijkheden’ van twee vrouwen aan bod (pp. 113-114). “Hoe het ook gebeurt, belangrijk is dat jullie het allebei willen en fijn vinden om te doen…”, stelt Het puberboek (p. 114).

7. ‘We kunnen nog veel leren van dieren!’

Om homoseksualiteit nog verder te normaliseren, wijst het boek naar het dierenrijk. “[Homoseksualiteit] komt ook in de natuur voor… vrouwtjes bespringen elkaar… en niemand doet er moeilijk over. Daar kunnen wij nog wat van leren!” (p. 108). Dat homoseksualiteit op grote schaal in het dierenrijk zou voorkomen, is overigens een fabel. Desondanks is de vergelijking met het dierenrijk veelzeggend. Mensen zijn in de ogen van de lhbt-ideologen niet bijzondere wezens en naar Gods evenbeeld geschapen met een onsterfelijke ziel, maar niets meer dan veredelde beesten die hun lusten nastreven. Een dergelijke mensvisie zegt veel over henzelf. Bovendien is het met moord, kannibalisme en verkrachting vervulde dierenrijk een merkwaardige keuze om als voorbeeld te gebruiken voor een boek dat zó hamert op ‘consent’ en ‘grenzen respecteren’.

Lees ook: Gezin in Gevaar vraagt lesmateriaal Week van de Lentekriebels op. Rutgers geeft niet thuis

8. Pornografie kijken “is op zich niet erg”

Het puberboek heeft er geen enkel probleem mee als kinderen uit groep 7 en 8 naar internetpornografie (willen) kijken. De auteurs vinden het “logisch dat je … weleens op deze sites wilt rondneuzen. Dat is op zich niet erg” (p. 74). Ze zijn wel kritisch op pornografie, maar alleen omdat het misleidend is en een verkeerd beeld geeft van seksualiteit. “Als je kijkt naar porno[grafie] om er iets van te leren, zit je verkeerd.” (p. 74) 10-jarigen krijgen dus van de auteurs groenlicht om wat ‘rond te neuzen’ op dit soort immorele websites, ‘zolang ze maar weten dat het niet realistisch is’. Dit terwijl pornografie uiterst schadelijk is, zeker voor een kinderbrein. Door pornografie leren kinderen dat andere mensen, maar ook zijzelf slechts lustobjecten zijn. Het bevredigen van de eigen seksuele behoefte staat voorop.

9. Voortplanting is een nagedachte

Door het hele boek heen wordt anticonceptie, met name condoomgebruik, als de norm behandeld. In de zeer expliciete omschrijving van de huwelijksdaad (pp. 112-113) wordt het zelfs als een vanzelfsprekend, onlosmakelijk onderdeel van seksualiteit beschreven. Sterker nog, het nalaten van condoomgebruik is volgens Het puberboek net zo onverantwoordelijk als “zonder jas naar buiten gaan als het vriest” (p. 115). Over voortplanting wordt pas veel later gesproken als een soort ‘extraatje’. De mogelijkheid om zwanger te worden – beter bekend als het ingeschapen doel van de huwelijksdaad – wordt onmiddellijk opgevolgd door een verhaal van een 15-jarig meisje dat ‘ongewenst’ zwanger raakte van haar vriendje, en vervolgens abortus liet plegen (pp. 121-123). De indruk ontstaat dat zwangerschap een soort SOA zou zijn die vermeden moet worden.

10. Beschuldigt Rutgers per ongeluk van seksuele intimidatie

Een thema dat in Het puberboek veel terugkomt is ‘wederzijds instemmen’ en het belang van het respecteren van elkaars grenzen en wensen. Het is volgens de auteurs niet immoreel als kinderen willen masturberen, pornografie kijken of “online seksueel experimenteren”, zolang ze het zelf maar (denken te) willen. Zodra een van de betrokkenen het ‘niet meer wil’ is diezelfde handeling opeens fout. Zo noemt het boek het “seksuele intimidatie” als een kind “ongevraagd en ongewild een [foto van een mannelijk geslachtsdeel] of blote [gecensureerd] toegestuurd krijgt” (p. 127). Hiermee veroordelen ze Rutgers zélf die tijdens de Week van de Lentekriebels onder andere dit boek ongevraagd aan kinderen wil voorleggen, terwijl dit boek vol staat met expliciete plaatjes van ontblote geslachtsdelen (pp. 22-25; 40-41; 59; 112).

--

Een principieel, niet een persoonlijk standpunt

Dit artikel heeft als doel het verdedigen van het huwelijk, het gezin en de moraal volgens de katholieke leer. Op geen enkele manier is het onze bedoeling personen te belasteren. Wij oefenen simpelweg onze vrijheid uit als kinderen van God (Rom. 8:21), zodat "iedere tong zou belijden tot glorie van God de Vader, dat Jezus Christus de Heer is." (Fil. 2:11).

Laatst bijgewerkt: 4 maart 2025 16:24

Doneer