
De aankomende verkiezingen van 29 oktober gaan voor een belangrijk deel over de houding van politici tegenover de genderideologie.
Verkiezingen 2025: Hoe denken partijen over onderwijsvrijheid, seksuele indoctrinatie en genderactivisme?
Nog een paar weken tot de Tweede Kamerverkiezingen. Hoe denken – en stemmen – onze partijen over de genderideologie? Gezin in Gevaar zet op basis van verkiezingsprogramma’s en het stemgedrag de feiten voor u uiteen.
BoerBurgerBeweging (BBB)
BBB maakt zich zorgen over de “sterke toename van genderdysforie (…) onder kinderen en jongeren”, alsook de manier waarop er nu met genderverwarring wordt omgegaan volgens de Dutch Protocol. De partij van Caroline van der Plas wil daarom “een stop op medische transitie voor minderjarigen, tot de richtlijnen zorgvuldig herzien zijn.” Ze is dus niet principieel tegen. Wat gender betreft staat BBB “pal voor de vrijheid van ieder mens”, maar maakt zich wel zorgen over de “doorgeschoten symboolpolitiek rond LHBTIQ+-beleid.” Hun slogan hieromtrent is “doe maar normaal, dan doe je al gek genoeg”. Ze vinden het onverstandig dat “basisscholen al spreken over genderdysforie”, terwijl “op sommige plekken (…) de acceptatie van homoseksualiteit [daalt]”. Over de manier waarop seksuele vorming nu wordt vormgegeven hebben zij hun bedenkingen: “Kostbare onderwijstijd gaat verloren aan verplichte programma’s zoals de Week van de Lentekriebels”, valt te lezen in haar verkiezingsprogramma. Vergeleken met twee jaar geleden zijn ze wel een heel stuk kritischer geworden. In 2023 ondersteunden ze nog het “besluitvormingsproces” van “jongeren en kinderen” die “een medische transitie overwegen”. Helaas stemden ze onlangs nog wel voor de geamendeerde conversiewet. BBB geeft steeds vaker kritiek op genderactivisme, vooral in het onderwijs. Maar bij cruciale stemmingen, zoals voor de conversiewet, stemt de partij voor méér genderdwang.
Christen-Democratisch Appèl (CDA)
Het CDA was twee jaar terug nog terughoudend in haar steun aan de genderideologie. Anno 2025 is dat allang niet meer het geval: “We versterken de arbeidsmarktpositie van transgenderpersonen door het invoeren van een wettelijke regeling transitieverlof”, zo valt te lezen in haar verkiezingsprogramma. Tevens pleit de partij voor een “inclusief en rechtvaardig perspectief op defensie.” Ze doelen daarmee op het idee dat “vrouwen (…) volwaardig kunnen meebeslissen en mee-ontwerpen in de defensie- en veiligheidssector”. Dat zal onze vijanden wel afschrikken. De partij wil zich inspannen om de “openbare en online ruimte veiliger te maken” voor onder andere “LHBTQIA+’ers zodat zij zonder angst zichzelf kunnen zijn”. Met het voorstellen van een “wettelijke regeling transitieverlof” moet inmiddels wel duidelijk geworden zijn dat het CDA in essentie helaas een pro-genderideologiepartij geworden is.
Lees ook: Lesmethode 'Wonderlijk gemaakt' krijgt update: geen standpunt over zelfbevrediging
ChristenUnie (CU)
Wat gender betreft is de ChristenUnie “voor transgenderzorg die gebaseerd is op wetenschappelijk bewijs en deskundigheid.” De partij wil dat het “bevragen van genderidentiteit niet de norm wordt.” De CU wil dat “de eigen sekse als uitgangspunt wordt gerespecteerd.” Deze woorden zet de partij kracht bij door als een van de weinige partijen ook na het amendement tegen de conversiewet te stemmen, maar niet voordat Mirham Bikker in ferme bewoording afstand nam van de praktijk van conversietherapie. Hierin lijkt haar partij iets te zijn bijgedraaid ten opzichte van een aantal jaren geleden toen ze nog tegen een FvD-motie stemden die geslachtsverminking voor minderjarigen wilde verbieden. Toch moet ook worden opgemerkt dat het de ChristenUnie was die samen met Frans Timmermans het wetsvoorstel indiende om ‘gender’ als discriminatiegrond toe te voegen aan artikel 1 van de Grondwet, iets waar de genderlobby gretig gebruik van zou maken om genderkritiek de mond te snoeren. Naast haar kritiek op de genderideologie wil de partij prostitutie landelijk verbieden, alsook pornografie. De voorzichtig kritische houding die de ChristenUnie inneemt in haar verkiezingsprogramma, alsook in de Kamer, tegen de genderideologie is positief, maar er lijkt steeds minder sprake te zijn van principiële weerstand.
D66
D66 strijdt aan de frontlinie om de genderideologie te promoten, vooral in het onderwijs. De partij van Rob Jetten is dan ook fel tegen conversiebehandelingen en pleit daarom in haar verkiezingsprogramma voor een verbod. D66 schrijft ook tegen “alle vormen van uitsluiting” te zijn, en somt een waslijst van discriminatiegronden onder andere voor ADHD’ers of “omdat iemand een vrouw is”. Christenen worden opvallend genoeg niet genoemd. In haar verkiezingsprogramma pleit D66 voor “erkenning en bescherming van non-binaire en intersekse personen”. Wil dat “onnodige barrières bij registratie van geslacht” worden afgeschaft. D66 is dé drijfveer achter het implementeren van immoraliteit op alle vlakken van de samenleving.
DENK
Bij de vorige verkiezingen sprak DENK zich duidelijk uit tegen woke. Bij deze verkiezingen heeft ze haar retoriek wat gematigd. De partij vindt wel dat er rekening moet worden gehouden met de “diversiteit aan opvattingen en overtuigingen” bij seksuele-vormingslessen. Ouders die niet willen “dat hun kind blootgesteld wordt aan geseksualiseerd materiaal en dit nadrukkelijk zelf met hun kind willen bespreken, [moeten] hiertoe de mogelijkheid krijgen en ook beter worden betrokken bij de besluitvorming.” DENK vindt ook dat de wet toezicht op informeel onderwijs “zo snel mogelijk [wordt] ingetrokken”. DENK spreekt zich uit tegen de overheid die genderpropaganda wil opdringen aan scholen, en dat ouders dat op grond van (geloofs)overtuiging bezwaar zouden moeten kunnen maken. Verder heeft de partij geen inhoudelijke kritiek op de genderideologie.
(Artikel gaat verder onder deze oproep) De Week van de Lentekriebels bedreigt de kinderlijke onschuld. Uw maandelijkse donatie geeft Gezin in Gevaar de kracht om deze indoctrinatie te stoppen. Sta op als beschermer van onze kinderen! Met uw vaste steun vechten we voor hun zuiverheid. Begin vandaag – elke maand telt in deze cruciale strijd! Klik HIER en strijd mee!
Forum voor Democratie (FvD)
Forum voor Democratie keert zich tegen “woke-gekkigheid” en “seksuele indoctrinatie”, vooral in het onderwijs. FvD wil “woke en LGBT-gedachtegoed” weghouden van jonge kinderen. De partij maakt zich zorgen over de “transgender-ideologie” die wordt “gepusht” en verzet zich tegen “geslachtsveranderingsoperaties, hormoonbehandelingen en puberteitsremmers bij minderjarigen”. Als het aan de partij van Lidewij de Vos ligt, stopt de regering voortaan de “subsidies aan organisaties zoals Rutgers” om de “ideologische beïnvloeding” van kinderen tegen te gaan. Hoewel Forum voor Democratie kritiek op de genderideologie als geen ander stevig verwoordt, en zij dit qua stemgedrag kracht bijzet, is hun kritiek vooral gericht op de excessen van de genderideologie, en dan vooral de gevolgen voor kinderen.
GroenLinks-Partij van de Arbeid (GL-PvdA)
Wie aan de genderideologie denkt, denkt al snel aan GroenLinks-Partij van de Arbeid. Frans Timmermans wil met zijn partij “gender” toevoegen als grond in het grondwetsartikel omtrent groepsbelediging, zo valt te lezen in haar verkiezingsprogramma. Ook vindt GL-PvdA dat “maximaal 60 procent” van de bedrijfstop mag bestaan uit “personen van hetzelfde gender”. Regenbooggezinnen – ‘gezinnen’ die niet uit één man en één vrouw bestaan – hebben volgens de groenrode partij ‘recht’ op “dezelfde vruchtbaarheidsbehandelingen als [normale] stellen”. De partij van Timmermans wil “online haat” bestrijden, ook van lhbt, omdat dat kan uitmonden in “het verbranden van een regenboogvlag”. Dit wil de partij op Europees niveau regelen. GL-PvdA is de grootste partij die loyaal is aan de genderideologie. Voor de onschuld van kinderen valt niet te hopen dat deze partij aan de formatietafel belandt.
JA21
JA21 schrijft in haar verkiezingsprogramma niets over lhbt en gender, net als bij de vorige verkiezingen. Wel laten ze zich uit over seksuele indoctrinatie in het onderwijs. School moet volgens de partij “niet een ideologisch opvoedingsinstituut zijn met verplichte indoctrinatie over seksualiteit”. “Woke moralisme (…) is aan JA21 niet besteed”, zo schrijft ze. De partij van Joost Eerdmans stemde wel voor met de conversiewet, nadat deze was geamendeerd. JA21 profileert zich als ‘redelijk rechts’, maar biedt weinig weerstand tegen het gendergedram van links.
Lees ook: PVV neemt begrip "seksuele indoctrinatie" over van Gezin in Gevaar
Partij voor de Dieren (PvdD)
De partij voor de Dieren is een voorstander van de “modernisering van de transgenderwet”. Dat zou een “noodzakelijke stap” zijn om het “recht op zelfbeschikking te versterken”. “Transgenderkinderen onder de zestien … krijgen toegang tot een laagdrempelige, kosteloze officiële erkenning van hun sekse en/of genderidentiteit”, zo valt te lezen in haar verkiezingsprogramma. PvdD wil tevens dat er in de samenleving “extra aandacht” komt voor transgenders, non-binaire personen en zelfs “personen in polyamoureuze relaties”. Daarnaast wil de partij dat IVF en het verhuren van baarmoeders “wordt vergoed voor alle gezinsvormen”. Ook pleit PvdD net als het CDA voor een wettelijk geregeld ‘transitieverlof’. De partij van Esther Ouwehand wil artikel 23 van de Grondwet aanpassen: Als een school om religieuze redenen geen lhbt wil promoten is dat volgens PvdD onacceptabel: “De vrijheid van onderwijs mag niet misbruikt worden om te discrimineren”, aldus de partij. Wil een school hier niet aan meewerken, dan “treedt de Onderwijsinspectie op.” De Partij voor de Dieren is vooral bekend om haar klimaatstandpunt, maar is daarnaast een van de extreemste partijen als het gaat om de genderideologie.
Partij voor de Vrijheid (PVV)
De partij van Geert Wilders heeft niets met de “doorgeslagen woke-ideologie”. De partij hekelt de “ontelbare genders” die als paddenstoelen uit de grond zijn geschoten. “Voor de PVV bestaan er slechts twee geslachten: man en vrouw”, aldus haar verkiezingsprogramma. De partij is expliciet tegen een “X” in het paspoort. De partij wil ook stoppen met “links liberale seksuele indoctrinatie” in het onderwijs. Ze wil “geen onderwijs over gender”. De partij van Wilders wil “de Week van de Lentekriebels – symbool van seksuele woke-indoctrinatie [afschaffen] in het basisonderwijs.” Ook in de Kamer laten ze dit zien door tegen de conversiewet te stemmen. De PVV is de laatste tijd uitgegroeid tot een van de meest kritische partijen op het gebied van gender. Haar kritiek lijkt echter wel vooral reactief en minder principieel.
Socialistische Partij (SP)
De socialisten vinden de wachtlijsten voor “transgenderzorg (…) onacceptabel lang.” De partij is van mening dat “transrechten” mensenrechten zijn: “Autonomie en zeggenschap over het eigen lichaam” is volgens de SP het uitgangspunt. De partij wil dat deze ‘zorg’ “beter beschikbaar [wordt] gemaakt en vergoed”. De SP beticht “conservatieve groeperingen” ervan “de rechten van LHBTIQA+-personen” onder druk te zetten. Ze stemden in juni als een van de weinige partijen tegen het controversieel verklaren van de Wet informeel toezicht. De Socialistische Partij spreekt er misschien minder over dan D66 of Volt, maar is evenzeer een pro-genderideologie partij.
Staatkundig Gereformeerde Partij (SGP)
De SGP is tegen “hormoonbehandelingen bij kinderen”. En keert zich in woord en daad tegen de conversiewet. Ook pleit de partij voor een “eerlijk speelveld … voor lesaanbieders op het gebied van seksualiteit en relaties.” De SGP wil ook de “instellingssubsidie aan Rutgers” laten onderzoeken. Seksuele voorlichting moet volgens de partij benadrukken “dat het gezond is om levenslang trouw te zijn aan één partner”. Er moet subsidie komen voor “alle erkende lesmethoden over seksualiteit en relaties, zonder verplichte scholing en begeleiding van Rutgers of de GGD”, aldus de SGP. De partij pleit voor een bescherming van artikel 23 en wil daarnaast een totaalverbod op pornografie. De overheid moet hard optreden tegen deze “mensonterende industrie”. In tegenstelling tot partijen als de PVV en FvD is de kritiek op de genderideologie principieel van aard, gebaseerd op haar christelijke overtuiging.
Volkspartij voor Vrijheid en Democratie (VVD)
De VVD omarmt de genderideologie volledig. Ze stellen zich vijandig op tegen eenieder die daar anders over denkt: “We buigen niet voor … religieuze dogma’s die de emancipatie van LHBTIQ+’ers en vrouwen honderd jaar terug in de tijd duwen”, aldus haar verkiezingsprogramma. Hiermee doelen ze ook specifiek op Gezin in Gevaar. De partij heeft recent nog opgeroepen om ons te verbieden. Ook in het onderwijs pleiten de liberalen voor een strenge naleving van deze principes. Zo willen ze door “een verbod op lesmaterialen die aanzetten tot… discriminatie… de acceptatie van LHBTIQ+’ers op scholen stimuleren.” De partij stemde voor de zondagschoolpolitie, alsook de conversiewet. De VVD heeft de genderideologie volledig omarmd, en is in dat opzicht geen haar ‘rechtser’ dan D66 of de Partij voor de Dieren.
Volt Nederland
Van alle partijen besteedt Volt in haar verkiezingsprogramma verreweg de meeste aandacht aan gender. De partij wil het ‘recht’ op lichamelijke autonomie als “fundamenteel grondrecht” laten opnemen in de Grondwet. Hier vallen een aantal dingen onder, waaronder het ‘recht’ op “genderbevestigende zorg” – lees geslachtsverminking en chemische castratie. Volt pleit voor een wet die draagmoederschap – het verhuren van een baarmoeder aan homofielen met een kinderwens – ‘reguleert’ waarbij “de overheid de kosten voor (commercieel) draagmoederschap vergoedt”. Volt wil dat de “inspectie van het Onderwijs er strenger op toeziet dat alle basisscholen en middelbare scholen onderwijs geven over seksuele- en genderdiversiteit.” Volt gaat verder dan welke partij dan ook in het ondermijnen van Gods scheppingsorde en het implementeren van de genderideologie.
Laatst bijgewerkt: 2 oktober 2025 14:44