Minister Slob kiest voor homoactivisme en laat christelijk onderwijs vallen

Arie Slob. Bron afbeelding: Anne Paul Roukema / Wikimedia Commons (CC BY-SA 3.0)

Minister Slob kiest voor homoactivisme en laat christelijk onderwijs vallen

Het christendom wijst homoseksualiteit af. De reden daarvoor is eenvoudig: homoseksuele daden zijn ernstige zonden, doordat zij een bewuste verstoring inhouden van de scheppingsorde, waarin seksualiteit eenduidig geordend is op de voortplanting van de menselijke soort.

'Grondwettelijk recht'

Om deze reden is dit standpunt ook onveranderlijk. Minister Arie Slob van Onderwijs (ChristenUnie) deed dus niet meer of minder dan zijn christelijke plicht, toen hij zich hier begin november ogenschijnlijk bij aansloot met de opmerking dat reformatorische scholen het “grondwettelijke recht” hebben ouders te vragen een verklaring te ondertekenen waarin ze een homoseksuele levenswijze afkeuren.

Strafbaarheid

Dat was tegen het zere been van de homolobby. De (nagenoeg geheel staatsgesubsidieerde) homoseksuele belangenvereniging COC noemde Slobs uitlating “onacceptabel”. Hoe diep homoactivisme in staatsorganen geïnfiltreerd is, blijkt uit het feit dat het Openbaar Ministerie daarop aankondigde, aangezet door het homoseksuele politienetwerk Roze in Blauw, de uitspraken van de minister te gaan onderzoeken op strafbaarheid.

Minister, stop het opdringen van seksualiteit op onze scholen!

Haatuitingen

Het bleef niet bij deze intimidatie vanuit staatsorganen. Ook partijen in de Tweede Kamer, vooral D66 en GroenLinks, vielen over minister Slob heen. Natuurlijk schermden zij daarbij met de termen ‘homohaat’ en ‘homofobie’, die tot doel hebben andere standpunten en andersdenkenden buiten de orde te verklaren en dus in feite zelf onverdraagzame haatuitingen zijn. D66 vond zelfs dat artikel 23 moet wijken “als blijkt dat scholen er misbruik van maken”. Blijkbaar geldt de grondwet alleen zolang D66 vindt dat u en Nederlanders daar een in haar ogen ‘juist’ gebruik van maken.

'Vervelend'

Hoe dan ook, in deze dreigende oorlog om huwelijk en gezin tekende minister Slob vrijwel onmiddellijk de capitulatie. Terugkijkend zegt hij in gesprek met het Nederlands Dagblad het “vervelend” te vinden dat het “beeld” is ontstaan “dat ik het goed zou vinden dat homoseksuele leerlingen kunnen worden afgewezen. Dat vond ik heel vervelend en dat is ook niet wat ik vind. Maar ik ben zelf natuurlijk wel verantwoordelijk voor het beeld dat is ontstaan.”

Beeldvorming

Zo maakt Slob van een principekwestie, namelijk dat vrijheid van onderwijs een grondrecht is en christelijk onderwijs geen ander keus heeft dan homoseksualiteit af te wijzen, een kwestie van beeldvorming en afwijzing van concrete leerlingen. “Een dag later heb ik geprobeerd dat beeld te corrigeren”, noemt hij zijn snelle bijdraaien in retrospectief.

Nederland heeft nood aan een Nationaal Actieplan tegen Pornografie!

Onderwijsinspectie

Lafheid is vanuit haar wezen geneigd proactief te handelen: in zijn ijver de homolobby te behagen en van zijn goede wil te overtuigen, schermt Slob nu dan ook met de onderwijsinspectie: “De inspectie controleert of scholen wel genoeg aandacht hebben voor seksuele diversiteit.” Op deze wijze aangestuurd dreigt de onderwijsinspectie echter steeds meer te ontaarden in een gedachtepolitie. Van deze tendens zijn op deze site al vaker concrete voorbeelden gemeld.

Brief Tweede Kamer

De uitsloverij van Slob gaat maar door. “Zodra blijkt dat in welke school dan ook toch nog een verklaring gebruikt wordt die leerlingen vanwege hun seksuele identiteit afwijst”, schrijft de minister in een brief aan de Tweede Kamer, “spreek ik die scholen daarop aan. Ik verwacht dat scholen zulke verklaring aanpassen en in lijn brengen met de Algemene wet gelijke behandeling. Zo niet, dan kan de inspectie op basis van onderwijswetgeving optreden”.

Minister, stop de fiscale bestraffing van het kostwinnersgezin!

Schijnprobleem

Dat is bezijden de kwestie. Net zoals in het interview probeert Slob de aandacht te verleggen van het principiële afwijzen van homoseksualiteit, waar het christelijk onderwijs vanuit zijn identiteit toe gehouden is, naar het afwijzen van leerlingen. Een schijnprobleem, want dat blijkt nauwelijks voor te komen. Maar op die manier herformuleer je het probleem wel als een van ‘uitsluiting’ en ‘discriminatie’ en pak je als minister je politiekcorrecte winst. Zij het dat er ergens wel een haan kraait.

Flagrant in strijd

Scholen mogen nog wel, aldus Slob ruimhartig, “vinden” dat het huwelijk bedoeld is voor één man en één vrouw. “Maar dan heb je er wel bij te zeggen dat de Nederlandse wet ook toestaat dat mensen van hetzelfde geslacht met elkaar kunnen trouwen.” Nee, minister Slob, dat “heb je” helemaal niet. Wat christelijk onderwijs wel moet doen, is gebruik maken van de door deze minister zo slecht verdedigde onderwijsvrijheid door er op te wijzen dat de Nederlandse wet op het punt van homoseksualiteit flagrant in strijd is met zowel de goddelijke wet als de natuurwet. En dat het verwarren van tijdgeest en menselijke wetten met eeuwige moraal niets nieuws is en kenmerkend voor het totalitarisme.

Laatst bijgewerkt: 28 november 2023 06:21

Doneer