Abortus en transgender, twee zijden van dezelfde medaille
Veel linkse politici wijzen de strijd tegen abortus af met als argument dat het een eenzijdige kwestie is die de politiek niet moet overheersen. Zij stellen dat andere problemen ook aandacht behoeven en niet aangepakt worden, vanwege het verbeten debat over dit sterk polariserende strijdpunt.
De samenhang van strijdpunten
In zekere zin hebben de linkse politici gelijk. Maar ze hebben ook ongelijk. Aan de ene kant is abortus een eenzijdig onderwerp dat enorm overheersend is geworden (vooral in de Amerikaanse politiek). Aan de andere kant is het verbonden met een scala aan problemen die de samenleving op het hellend vlak van de zelfvernietiging brengen. Dergelijke conclusies komen niet van extreme pro-lifers die de zaken buiten alle proporties opblazen. Nee, het zijn links-liberalen zelf die correct toegeven dat alles met elkaar samenhangt. Laten we eens luisteren naar deze stellingname uit onverdachte hoek.
"Transrechten zijn abortusrechten"
Inderdaad, The New York Times-opinieschrijver J. Boylan zegt het precies met een artikel getiteld Abortusrechten en transrechten zijn twee kanten van dezelfde medaille. Het is duidelijk dat Boylans redeneertrant volledig strookt met progressieve dogma's. Wie de verknipte logica van het artikel volgt ziet waar het pro-abortus idee toe leidt. De centrale stelling van deze "transgender" auteur is dat de overheid niet het recht heeft te beperken wat men wel of niet met zijn lichaam kan doen.
Twee gelijkwaardige medische handelingen
Zo wordt abortus door Boylan gekoppeld aan de "trans"-beweging en alle seksuele afwijkingen en levensstijlen. Met als gevolg dat waar de overheid de "medische ingrepen” van abortus faciliteert, ze dan evenzo die van "geslachtsverandering" moet leveren. Het is in wezen hetzelfde. Het is niet toevallig, zo beweert de auteur van het artikel, dat Planned Parenthood ook "een van de topaanbieders van gezondheidszorg voor transgenders in [de Verenigde Staten]" is. De auteur meldt verder dat "trans" activisten ook toenemend betrokken zijn bij de pro-abortusstrijd.
Als de hoogste wet het individu is
Wanneer "lichamelijke autonomie" als absoluut wordt beschouwd, is elke beperking daarvan tirannie. Als dit progressieve dogma wordt aanvaard, dan kunnen openbare naaktheid en ontucht ook niet worden verboden, want zij moeten dan worden verwelkomt als uitingen van persoonlijke vrijheid. Dit (onjuiste) onderliggende principe rechtvaardigt ook al dan niet openbare seksuele activiteit met dieren of dingen. Gevolg is dat elke levenskeuze aan het individu moet worden overgelaten, zoals in het geval van hulp bij zelfdoding. En al deze activiteiten moeten worden goedgekeurd, aangemoedigd en, indien nodig, betaald door de staat.
Iedere sta-in-de-weg moet vernietigd worden
Iedereen die zich verzet tegen dit moraaloffensief van de verschroeide aarde, wordt beschuldigd van het opdringen van persoonlijke religieuze overtuigingen en moraal aan anderen. Daarentegen dringen links-liberalen graag de ideologie van het "absoluut maken van lichamelijke autonomie" op aan cultuur, onderwijs en samenleving. Voor progressieven is de opperste wet het individu dat de absolute vrijheid nastreeft om te doen wat de persoon wil.
Ongeboren kind is obstakel
Terwijl deze vrijheid als absoluut en soeverein wordt beschouwd, zijn linkse mensen bovendien van mening dat de vrijheid van andere wezens buiten beschouwing moet worden gelaten. Het ongeboren kind is niet een ander menselijk wezen (dat dan logischerwijze als soeverein moet worden beschouwd) maar een obstakel voor de absolute vrijheid van de moeder en dus moet worden weggenomen. Degenen die verpletterd worden door de destructieve keuzes van individuen die absolute vrijheid zoeken, hebben niets te zeggen over hun eigen vernietiging.
Als de “vrije persoon” de werkelijkheid bepaalt
Onder deze vervormde opvatting van vrijheid, bepaalt de “vrije persoon” de werkelijkheid. Er bestaat volgens deze opvatting niet zoiets als de menselijke natuur. Mens-zijn is wat de mens besluit dat het is - zelfs als het onmenselijk is. Mensen moeten dus vrij zijn om zichzelf te identificeren als wat de verbeelding maar voorstelt. In deze postmoderne wereld regeert de fantasie en is niets in de werkelijkheid vastgelegd. Wanneer op deze manier individuen de werkelijkheid bepalen, bestaan er geen objectieve gedragsnormen en geen gemeenschappelijke moraal, die iedereen bestuurt volgens een gedeelde menselijke natuur.
Lees ook: Waarom het boek “Irreversible Damage” het ‘transgenderen’ van kinderen niet zal stoppen
Zonder scheppingsorde geen maatschappij
De goede orde, het goed functioneren en zelfs het voortbestaan van de maatschappij kan op deze manier niet meer gegarandeerd worden. Dit hing namelijk samen met gemeenschappelijke, beproefde maatschappelijke normen, die van de ene op de andere generatie werden doorgegeven en waar bleven. Voor wie Boylan’s redenatie volgt kan er geen natuurwet zijn, geschreven in de harten van de mensen, die hen toont hoe zij moeten handelen in overeenstemming met de menselijke natuur. Bovendien kan er geen opperste Wetgever zijn, die door deze wet het geluk verlangt van hen die Hij geschapen heeft.
Ware vrijheid in overeenstemming met de menselijke natuur
Wie de scheppingsorde wel aanvaard, weet dat ware vrijheid bestaat uit het leven in overeenstemming met de menselijke natuur, die de mens in staat stelt zijn potentieel maximaal te ontplooien. Dit vergt inspanning en gaat gepaard met zelfdiscipline en begrenzingen die de persoon behoeden voor de slavernij van ongeordende hartstochten. Maar wie van geen beperkingen of vaststaande natuur wil weten komt uiteindelijk tot deze vervormde ontkenning van de werkelijkheid. Dan bestaat alleen nog het individu, gedreven door de ongebreidelde hartstochten, in een aparte denkbeeldige wereld. Deze ongeordende hartstochten maken de mens tot slaaf en beroven hem van de ware vrijheid.
Twee onverzoenlijke wereldbeelden
Inderdaad, de strijdpunten zijn met elkaar verbonden. Het pro-life debat gaat niet over gezondheidszorg maar over de strijd tussen twee onverzoenlijke wereldbeelden, het ene waar, het andere onwaar. De vlucht in de fantasie, weg van de werkelijkheid, zal eindigen in een tragedie. Iemands pogingen om een eigen universum te scheppen, onthullen het verlangen om god te zijn. Wanneer de realiteit tussenbeide komt, vallen zulke fantasie-universums altijd uit elkaar. En het individu, niet in staat om een god te zijn, stort in nihilisme. Of de persoon accepteert de scheppingsorde en weet zich geborgen in relatie tot zijn Schepper.
Dit artikel van John Horvat II verscheen eerder in het Engels op returntoorder.org
Laatst bijgewerkt: 6 september 2022 09:18